Gezien de vlakke aanloop én finish van de wedstrijd is het niet eens zo’n heel gekke gedachte. “We hebben een mooi treintje, hoor”, zei Hans Becking zaterdag de dag voor de start van het EK Marathon. In het Italiaanse Spilimbergo is Becking samen met Robbert de Nijs kopman van de Nederlandse formatie.

In totaal zeven Nederlanders doen op eigen initiatief mee aan de Europese titelstrijd, waar iedereen met een elite-licentie zich voor kan inschrijven en er zowel in nationale shirts als normale teamkledij gestart mag worden. Naast Becking – zijn teamgenoot Tiago Ferreira is topfavoriet – en De Nijs zijn dat de ongeleide projectielen Stijn Appel, Roy Beukers, Gerben Mos, Bart Classens en de schrijver van dit artikel.

Zij krijgen zondag een pittig parcours voorgeschoteld van 105 kilometer en 3200 hoogtemeters. Het zwaartepunt ligt in het middelste gedeelte, met een lange beklimming naar 1200 meter hoogte een lange,  pittige afdaling. Becking hoopt vanzelfsprekend op een goede uitslag, maar twijfelt of het parcours op zijn lijf is geschreven. “Ik zal bergop zo lang mogelijk proberen aan te haken”, zei hij. “Maar ook het relatief vlakke einde is niet te onderschatten. Er is wind tegen en het loopt eigenlijk nergens.”