Hij is dit seizoen by far de meest constant presterende Nederlander op het internationale topniveau. Met een achttiende plek in de laatste manche in de Val di Sole sloot Hans Becking een uitstekend World Cup-seizoen af op de 26e plaats in de eindrangschikking.

Becking rijdt veel dit jaar – onder andere een groot aantal (meerdaagse) marathons – maar hij ontbrak in de wereldbeker in Canada en zal, vanwege een rustperiode, ook niet aanwezig zijn op het WK in Cairns. Het hinderde de coureur van CST-Sandd niet om in Italië opnieuw met de besten mee te doen en zich daarmee te verzekeren van een plek bij de beste dertig van dit wereldbekerseizoen. Waar Becking vorige seizoenen moeite had om in de top dertig te finishen, was nu een 28e plek in Andorra zijn slechtste prestatie (al haalde hij in Lenzerheide de finish niet). In Nove Mesto en Albstadt finishte hij knap als vijftiende en twaalfde.

Becking gaf in zondag nog geen drie minuten toe op winnaar Nino Schurter. Die laatste boekte na een strijd met Stephane Tempier zijn zesde wereldbekerzege van het seizoen; een ongekende clean sheet van de Zwitser.

Michiel van der Heijden – hij gaat wel naar het WK – finishte op de 38e plek, ook op nog geen vijf minuten van Schurter. Bij de beloften was David Nordemann de beste Nederlander met een twaalfde plek. Hij deed het beter dan Marc Bouwmeester (27e) en Milan Vader (28e).