Van der Poel: niet de benen waarop gehoopt
Zijn vorm was de laatste tijd uitmuntend, maar tijdens het WK marathon waren de scherpe randjes er bij Mathieu van der Poel wel een beetje vanaf. Een vierde plek op zo’n groot kampioenschap is knap, maar het was niet waar hij voor was gekomen. “Ik voelde de bui al een tijdje hangen. Eigenlijk beschikte ik op geen enkel moment over de benen waarop ik gehoopt had”, zei hij na afloop teleurgesteld.
Van der Poel reed desondanks lang in de voorste gelederen. Pas in de slotfase moest hij wereldkampioen Alban Lakata, titelverdediger Tiago Ferreira en Daniel Geismayr laten gaan. Hij reed een tijdje solo vierde, maar werd bijgehaald door Jaroslav Kulhavy, Nicola Rohrbach en Hans Becking. “Ik heb toen een tijdje kunnen recupereren en zo kon ik toch nog de sprint voor de vierde plek winnen”, zei hij.
En hij zou Mathieu van der Poel niet zijn als hij toch van de 98 kilometer lange wedstrijd had genoten. “Het was zeker een hele mooie ervaring. De drie renners die ik moest laten gaan zijn stuk voor stuk voor stuk toppers. Ik zat waar ik moest zitten, maar het was vooral aanklampen en tegen de limiet rijden. Ik moest lossen toen ik krampen kreeg in mijn bovenbenen.”