Groot verschil in disciplines, locatie en resultaten: recap anderhalve maand koers

Het eerste jaar van het ThijsHendriks.nl-Bikesight Mountainbiketeam is er een van pieken en dalen. Voor Bart, de grote gangmaker achter onze ploeg van drie, is het seizoen vanwege fysieke ongemakken uitgedraaid op een teleurstelling. Randy rijdt een meer dan degelijk xc-seizoen, waarin hij in de diverse regelmatigheidsklassementen bij de besten meedoet. Voor mij is 2017 tot nu toe een mooi vervolg op Project Elite powered by 9thWave. De afgelopen anderhalve maand vermaakte ik mezelf in verschillende disciplines, dichtbij huis en heel ver weg. De ene wedstrijd ging beter dan de andere, maar ik merk dat ik nog steeds stappen vooruit aan het maken ben.

Deze keer geen uitgebreid blog per wedstrijd, maar een rits korte verhaaltjes in één. Van de Triatlon van Cuijk tot de Marathon van Nordenau, hieronder lees je hoe het gegaan is.

(onder de foto’s gaat er dus weer een nieuw verhaal verder)

2 juli: Triatlon van Cuijk (tijdrit van 40 kilometer)

Een keer aan een wedstrijd meedoen in eigen dorp, een keer een tijdrit rijden én vooral eindelijk weer eens een keer aan een estafetterace meedoen met goede vriend Tibor Gijssen: meer dan voldoende redenen om begin juli een uitstapje te maken naar de triatlonsport. De tweede editie van de Triatlon van Cuijk werd een heerlijke en ontspannen onderbreking vanuit het mountainbiken, maar na zeges in de duorace in Eppstein (2009) en de Gulbergen 6-uursrace (2015) telde er voor Tibor (het hardlopen deze keer) en mij (het fietsen) maar één ding: de eerste plek. Gelukkig vonden we op het laatste moment in Bas Berndes nog een goede zwemmer om ons in dat doel te helpen.

Om nog enigszins gestroomlijnd aan de start te staan had ik een zeer goedkoop ligstuur met moeite op mijn platte stuur van mijn racefiets gemonteerd. Niet wetende dat bij een triatlon fietsen gekeurd worden. Na het demonteren van mijn stukje huisvlijt (oké, het ligstuur bewoog een klein beetje) zat er niet anders op dan de veertig kilometer rond de Kraaijenbergse Plassen af te werken ‘onder in de beugel’. Nadat Bas me ruim in de top tien liet vertrekken ging dat bijzonder goed, met dank aan een consequente blik op mijn powermeter. Doel was om binnen het uur te blijven en dankzij een gemiddelde van 325 watt lukte dat met krap een halve minuut. Meer voldoende om Tibor met ruime voorsprong aan zijn tien kilometer te laten beginnen. Die breidde onze marge op het tweede trio verder uit naar ruim tien minuten. Missie geslaagd, clean sheet met Tibor behouden en vooral een dag heel veel plezier gehad!

Enige aerodynamische aanpassing: de helm van Tibor. Verder miste ik een ligstuurtje geen moment… Foto: Arjan Broekmans
Hulde!

Power-output (59.37 minuten): 333np/325avg

9 juli: Omloop der Zevenheuvelen (wegkoers bij de elites)

Zo fiets je bijna nooit in je eigen streek, zo rij je al voor het derde weekeinde op rij in de buurt van je woonplaats. De Omloop der Zevenheuvelen (start in Berg en Dal) is een nieuwe wedstrijd met in het lange parcours de beklimming van de Derdebaan (krap een kilometer á 5 procent), nog wat kuitenbijters van de Zevenheuvelenweg én de afdaling van de Oude Kleefsebaan. Juist daar ging het mis. Nadat ik een ronde eerder zelf net een valpartij kon voorkomen nadat ik in een kleine kuil reed, schoven ze in de vierde ronde een paar rijen voor me massaal onderuit. Ik had het geluk een klein beetje aan de zijkant te rijden en nog iets van te kunnen remmen. Daardoor raakte ik niet met 70 per uur het asfalt, maar met de helft van de snelheid de zachtere berm.

Waar diverse frames meteen afgeschreven werden en het een half uurtje later een drukte van belang was in de EHBO-tent (schaafwonden to the max) bleef de schade bij mij beperkt tot een paar wondjes op m’n rechterarm. Ik kon dus vooral balen van een voortijdig afgelopen wedstrijd, want ik voelde me tijdens de eerste ronden meer dan prima. Ik zat een paar keer kort met wat mannen voorop, kwam geen enkele keer in de problemen en had misschien wel de benen om in de definitieve slag mee te zitten. We zullen het echter nooit weten.

Toen alles nog soepel verliep op een van de zeven heuvelen.

Power-output (58.47 minuten): 316np/241avg (inclusief driekwart ronde erg rustig terugfietsen)

16  juli: NK Cross-country (koers kijken en oja, ook nog zelf koersen)

De benen van de weken vooraf en het aantal hoogtemeters in het parcours op de Wilhelminaberg gaven me het vertrouwen dat ik misschien eens een keer een goed resultaat neer zou kunnen zetten op een Nederlands kampioenschap cross-country. Gezien ik al een paar jaar mijn best doe als mountainbike-verslaggever leek het me ook een goed plan om met het mobiele Bikesight-kantoor CombiCamp een lang weekend in Landgraaf te verblijven. De laatste missie slaagde meer dan goed. Mijn trouwe retro-vouwwagen stond zo’n beetje op het parcours en ik kon op vrijdag, zaterdag en zondagmorgen op een heerlijke manier verslag doen van alle verschillende wedstrijden.

Daardoor ontbrak de noodzakelijke focus bij mijn eerste deelname aan een elite-NK XCO. Dat was echter maar voor een klein deel de reden dat deze race niet bracht wat ik ervan verwacht had. Conclusie: XC-racen is een toch wel heel andere discipline dan marathonbiken. Na een degelijke start kwam ik al er al snel achter dat ik qua explosiviteit, in het rood rijden en vooral techniek nog steeds een hoop tekort kom op de toppers. Iets dat ik eigenlijk al wist. Maar goed, ik zag toen ik gedubbeld werd wel vanaf de eerste rij de beslissing vallen in de strijd om de titel. En wie weet over een paar jaar nog dat de 21e plek op het NK van 2017 de op één na laatste was?

De blik verraadt de modus: een beetje doelloos rondrijden op een overigens prachtig parcours. Het was overigens het laatste ritje op mijn Epic FSR Di2, de meest perfecte fiets waar ik ooit op heb gereden. Waarom niet meer? Stel die vraag maar als je me een keer tegenkomt. Overigens rij ik nu, met dank aan fantastische sponsor Thijs Hendriks, op een fancy rode Epic FSR World Cup. Foto: Onno Reijnhout

Power-output (1.27u): 303np/257avg

24 juli: Daags na de Tour (elitekoers voor profcriterium in Boxmeer)

Nóg een thuiskoers, in het nabij Cuijk gelegen Boxmeer. Het criterium Daags na de Tour is altijd speciaal, omdat het een dag is dat ik veel aan het werk ben voor een van mijn belangrijkste opdrachtgevers (Dagblad De Gelderlander) en omdat er altijd veel bekenden aan de kant staan. Ik was er daarom op gebrand om in de koers voor elite zonder contract (in het voorprogramma van de profs) te laten zien wat ik in mijn mars heb. Om optimaal voorbereid te zijn reed ik op zaterdag met relatieve reserve een vergelijkbare wedstrijd in Ochten (zonder indrukwekkend resultaat).

In Boxmeer had ik maar één doel: zolang mogelijk voorin meedoen en in ieder geval een keer in een kopgroepje zitten. Wonder boven wonder lukte dat. De wedstrijd zelf was chaotisch (al vroeg sprongen diverse coureurs weg), maar ik probeerde voor mezelf het overzicht te houden door mijn tactiek af te stemmen op strand- en marathonkampioen Ronan van Zandbeek. Ik weet niet hoe vaak ik op zijn wiel ben gesprongen, maar op d’n duur was hij het zat (“Ga je me nog een keer laten rijden?”). Het was op dat moment, ik had het zelf niet eens in de gaten, dat we met een man of vijf uit het peloton wegreden en de aansluiting maakten bij de mannen die nog voorop reden.

Met een kopgroep van zeven gingen we het tweede deel van de race in en hoewel de benen flink pijn begonnen te doen, was dat een genot. Aanmoedigen van familie en bekenden langs de kant gaven me net dat beetje extra, waardoor het elastiek dat een paar keer op knappen stond heel bleef. Ik was al zo tevreden dat we het met deze kopgroep tot het einde gingen volhouden, dat ik vergat om een goed plan te maken voor de finale. Niet dat ik de benen had gehad om op het podium te eindigen: ik was al superblij met mijn zevende plek.

In het wiel van Van Zandbeek!  Foto: Ed van Alem
Omgekeerde wereld: onder toeziend oog van moeders (en nichtje Nora) geïnterviewd (altijd alles een beetje aandikken) door Gelderlander-collega Guus Daamen. Foto: Dominique Pichel

30 juli: UCI Marathonseries Alingsas (WK-kwalificatiepoging in Zweden)

Ruim voordat ik er definitief niet in slaagde het WK Marathon van 2017 te halen hadden teamgenoot Bart en ik al het plan gemaakt om al vroeg een poging te gaan wagen ons te kwalificeren voor het kampioenschap van 2018. Twee Scandinavische wedstrijden (één in Noorwegen en één in Zweden) in juli moesten ons helpen aan een ticket én een mooie roadtrip door landen waar ik vroeger als kind veel op vakantie ben geweest. Het liep anders: Bart zijn fysieke gesteldheid maakte een dergelijke reis voor hem nutteloos. Omdat ik nog steeds het gevoel had dat het een goede kans zou zijn om me bij de beste twintig te rijden en ik toch wel heel graag terug wilde naar Scandinavië besloot ik om Noorwegen te skippen, maar wel alleen (en uiteraard met CombiCamp) af te reizen naar Zweden.

Het werd een onvergetelijke ervaring van ruim een week. Ik bezocht op de heenweg vrienden van mijn ouders in Denemarken waar ik al twintig jaar niet was geweest en vermaakte me de dagen voor de UCI Marathonseries van Alingsas (50 kilometer van Göteborg) met een paar schitterende verkenningen. Zweden voldeed daarbij aan alle verwachtingen zoals ik ze in mijn hoofd had: uitgestrekte bossen, glooiende gravelwegen en mooie technische paadjes langs ontelbare meertjes.

Maar ondanks die gesmeerde aanloop (de vouwwagen op een grote parkeerplaats tussen tientallen dure Zweedse caravans en campers) verliep de marathon van (slechts) 63 kilometer en 960 hoogtemeters) niet zoals gehoopt. Het deelnemersveld (met flink wat Zweedse én Nederlandse toppers) was sterker dan verwacht. Dat had met de goede benen die ik had niet onoverkomelijk hoeven zijn , maar ik ging nat op de door de vele regen van de dag vooraf glad geworden wortels en rotsen. Na de eerste tien kilometer zat ik nog in de staart van een peloton van een man of 25, maar het duurde niet lang voordat de twintigste plek (de eis voor kwalificatie) uit het zicht verdween.

Op de eerste singletrack (vrijwel allemaal ‘vlak’) vielen gaten en in een wanhoopspoging om aan te haken bij een van de gevormde groepen schoof ik onderuit, nota bene op de enige écht lastige afdaling van het parcours. Het gevolg was een eenzame strijd op een snel parcours. Op de gravelpaden kon ik nog enkele plekken goedmaken. Alhoewel mijn Specialized Epic FSR (absoluut de ideale bike voor het parcours) heel veel obstakels moeiteloos wegfilterde, verloor ik door mijn eigen gebrek aan soepelheid teveel tijd op de singletracks om ook maar in de buurt te komen van de top twintig.

Een wijze les. “Alleen hard rammelen is niet genoeg”, gaf ook topper Marc de Maar na afloop van de wedstrijd toe. In de korte rondreis die ik daarna nog door Zweden maakte (inclusief wildkamperen, en het spotten van een eland langs de weg) hoefde ik mezelf niet te overtuigen dat hij daarin meer dan gelijk had en ik a) meer UCI-races moet rijden vanwege de ervaring (racen op zo’n hoog niveau is anders dan de gemiddelde Sauerland-marathon) en b) deze winter écht aan mijn techniek moet gaan werken (hoevaak heb ik dat nu al gezegd?).

Geen foto’s van de koers, maar dit meertje passeerden we via een flowy (mits goed gestuurd) singletrack. Tijdens de verkenning kon ik er nog van genieten…
Perfect (en vooral gratis) plekje nabij de start van de Alingsas MTB Challenge. Niet op de foto: de tientallen (gigantische) caravans en campers die vrijdagmiddag en zaterdag het terrein opreden.
Ook gratis, en nog veel perfecter: kamperen in de wilde Zweedse natuur. Hulde aan de multifunctionele Combi-Camp!

Power-output (2.39u): 319np/274avg

12 augustus: MTB Marathon Nordenau (Sauerland, gevolgd door vriendenvakantie)

Gelukkig kon ik anderhalve week later de deuk in mijn zelfvertrouwen herstellen. Ik roep al langer: modder en droog weer ligt me totaal niet, maar in modder en regen kan ik een stuk beter uit de voeten. Of dat nu komt omdat ik slecht weer en kou goed verteer, of dat ik me een stuk zekerder voel in de betere voorspelbaarheid van kletsnatte modder, dat weet ik niet; het zal een combinatie zijn. In de totaal verregende Nordenau-marathon in het Sauerland (77km/2200hm) reed ik in ieder geval een van mijn beste wedstrijden ooit.

Geen al te sterk deelnemersveld en conditioneel een superdag gaven me de kans om helemaal voorin mee te rijden. Ik nam op de startklim even de kop, hield daarna zonder mezelf op te blazen stand in de eerste groep en zag vanaf daaruit dat Portugal Tour-partner Lomas Wefing aan zijn solo richting de zege begon: ik ken hem goed genoeg om geen aanstalten te maken hem te volgen. Zelf kwam ik te rijden in de eerste achtervolgende groep. Hoewel ik voor mijn doen verrassend soepel door de derrie heen stuurde vielen er bij het ingaan van de eerste van de twee laatste lussen (van 22 kilometer) toch wat gaten. Ik kwam op plek vijf  te rijden met Patrick de Laat en later ook Marcel Lommers. Na het inhalen van twee Duitsers (een lek, een opgeblazen) werd dat plek drie.

Op de meest lastige beklimming van het rondje, zo’n 30 kilometer voor het einde, voerde Lommers het tempo op. Halverwege realiseerde ik me dat het me niet hard genoeg ging en in een instinctieve reactie plaatste ik een demarrage. Wonderwel viel ik zelf niet stil na die versnelling en was het meer dan voldoende om Lommers en De Laat te lossen.

Er volgden dertig eenzame kilometers in heerlijke harmonie met mijn powermeter en de barre omstandigheden. Resultaat: een derde plek overall (en eerste bij de dertigplussers), zonder al te uitgewoond over de finish te komen. Nadat ik zo goed en zo kwaad als het kon de modder van lichaam en fiets had verwijderd en op het podium had gestaan stapte ik vervolgens in de auto naar Frankrijk om me daar na een rit van zes uur aan te sluiten bij de jaarlijkse VVKK-vriendenvakantie.

Power-output (3.45u): 328np/278avg

Soms kan koersen in de modder zo lekker zijn. Het kostte wat kwijl, maar blij met mijn derde plek.

Alhoewel ik al veel op pad ben geweest, wilde ik deze ideale fysieke en mentale oplaadweek voor geen goud missen. Aangezien we deze keer (met op het hoogtepunt maximaal 20 man) in de buurt zaten van de Vogezen kon ik (als enige fietser van het gezelschap) elke ochtend fantastisch trainen, gevolgd door middagen en avonden met veel bier, (vet) eten en gezelligheid. Ik had een paar keer nog voor vertrek een 3Action-gelletje nodig om mezelf op gang te trekken, maar deed meerdere zeer waardevolle blokken- en duurtrainingen en zette vinkjes achter cols als Le Planche de Belle Filles, Ballon d’Alsace, Le Markstein en Grand Ballon. Meer hoeft het niet te zijn!

Door dit alles ga ik fris, fruitig en vol motivatie (en anderhalve kilo te zwaar) het laatste deel van het seizoen in. Daarin ga ik misschien nog wel een poging wagen om mezelf te kwalificeren voor het WK. In ieder geval rij ik komend weekeinde de wegcyclo La Velomediane in het Belgische La Roche-en-Ardennes en ligt mijn piekmoment begin oktober: het WK voor journalisten in het Schwarzwald (wegkoers) en uiteraard het NK Marathon tijdens de Bart Brentjens Challenge.

Zwembad + hottub + door Lomas Wefing gewonnen bier uit Nordenau = goud.
Een van de vele uitzichten in de Vogezen. Juist ja!

Related posts

Blog LCMT (3): in het wiel van de gele trui

by Juul van Loon
9 jaar ago

4 Islands Dag 2: een pas op de plaats in de Kroatische modder

by Juul van Loon
5 jaar ago

Lekker leesvoer: weer Zwitserland en een winnaarsverhaal

by Juul van Loon
10 jaar ago
Mobiele versie afsluiten